Delfia Batavorum logo

Rothfusz, waar karpers een naam hebben

door Rob van Es

Het kwam door Mike, zijn zoon. Mike wist niet wat hij voor beroep moest kiezen. Vader Fred zat toen nog bij de Gistfabriek als operator op Oost, de chemische kant van de fabriek. “Ik nam Mike mee naar de Botlek om daar wat chemische bedrijven te bekijken. Dat leek op het werk dat ik deed. In de chemie is altijd werk. Op de terugweg zei hij: ‘Ouwe, dit is niks voor mij en ik snap ook niet dat jij het volhoudt tussen al die chemische stoffen en onregelmatige diensten. Dat is toch geen leven zo’. Dat heeft me eigenlik aan het denken gezet”. En zo kwam het dat vrijetijdshengelaar Fred de Paauw in 2010 z’n laatste dienst bij de Gist draaide. Korte tijd later nam hij de hengelsportzaak van Rien Rothfusz over. Een moedig besluit op een leeftijd waarop sommige mensen al uit beginnen te kijken naar hun pensioen.


Fred de Paauw (rechts) en Ronald Bastiaan, hengelaars in hart en nieren. (Foto Marianne van Es)

Van klompen naar hengels
Ooit is het begonnen met de oom van Rien Rothfusz. De oom had een klompenhandel op de Beestenmarkt. Op enig moment zag hij meer in hengels dan in klompen en switchte hij van nering. Rien nam de hengelsportzaak in de jaren zeventig over. In 2002 werden alle hengels ingepakt en verhuisde de zaak naar de Van Lodensteynstraat. Fred de Paauw: “Het was geen doen meer in de binnenstad. Klanten kunnen niet vlak in de buurt parkeren en als je zware spullen koopt, is dat niet prettig”.
Rien Rothfusz stapte februari 2012 uit de zaak. Hij was al geen directeur meer sinds 2010. In dat jaar nam Fred de zaak over. “Na 31 jaar trouwe dienst als controller bij de Gistfabriek. Ik heb er 25 jaar volcontinudiensten gedraaid. Ik was 49 toen ik de overstap naar Rothfusz maakte”.

Zoetwatervarkens
Fred de Paauw wordt in de zaak terzijde gestaan door allesweter Ronald Bastiaan.
Fred is van de witvis en de roofvis. Ronald is van de karpers en van het zeevissen. Het zwaardere werk dus. Ronald: “Een karper van 19 kilo is mijn record”. En dat is geen visserslatijn. “Zoetwatervarkens worden karpers ook wel genoemd”.
Die zware jongens worden met zorg omringd. Fred verkoopt speciale matten, gevuld met zacht materiaal. Hier wordt de gevangen vis opgelegd, om voorzichtig de haak eruit te halen. “We hebben ook ontsmettingssetjes met jodium. Daarmee ontsmet de hengelaar de plek waar de haak zat, zodat alles weer mooi kan helen”.
Je vis met respect behandelen, dat is het motto van de hengelerij zoals Fred en Ronald het zien. Fred: “Het is nog nooit aangetoond dat een vis pijn voelt. Wel stress, maar geen pijn. Het komt voor dat een vis die net gevangen is, een uur later weer gevangen wordt. Dat zou niet gebeuren als die vis pijn aan z’n bek had na de eerste vangst”.

Bea en Claus
Dat respect gaat zover dat opvallende karpers ook een eigen naam krijgen.
Fred wijst op een hoek in de winkel die vol hangt met foto’s van hengelaars en hun gevangen karpers. Dat zijn vaak geen anonieme dieren. Doorgewinterde karperaars herkennen ze, bijvoorbeeld door een bijzonder tekening van de schubben. “Kijk dit is Claus. Hij heeft opvallende schubben op z’n flank. Claus wordt regelmatig gevangen. En dit is Bea. Een heel bekende karper. Vorige week is-ie dood gevonden. Ik vermoed van ouderdom. Eén van onze klanten heeft ‘m aan de kant gehaald en heeft ‘m begraven”.

Kwestie van vasthouden
Bea en Claus zijn beroemde Delftse karpers. Maar er zijn ook landelijke helden. Fred: “Er is een karper die is zo ontzettend mooi dat ze ‘m Het Schilderij hebben genoemd”. Lange tijd was Het Schilderij een legende. Hij was mèt visser gefotografeerd, maar waar precies bleef een raadsel. De hengelaar wilde dat ook niet kwijt. “Zo’n mooie vis, dat moet je geheim houden”. Maar Fred weet inmiddels uit betrouwbare bron waar Het Schilderij zich ophoudt: in het Zwaantje in Woerden.
Dat fotograferen van de vangst is een sport op zich. Fred laat zien hoe het moet. Hou je de vis dicht tegen je aan, dan ziet het er op de foto uit als een gewone maat vis. Maar hou je die vis met gesterkte armen van je af en laat je je dan van dichtbij fotograferen, dan heb je door het verlopend perspectief een enorme vis in je handen.

Popsterren van de hengelsport
Voor een bezoek aan Rothfusz nemen mensen de tijd. Hengelaars ontmoeten elkaar hier, praten over visstekken en over hun hengelgeheimen. Fred: “Er gaat hier meer koffie om dan dat ik hengels verkoop. Maar gezellig is het wel”.
Onder de Delftse hengelaars die bij Rothfusz een bakkie gaan doen, zijn mannen van aanzien. Willem Pansier en Rien Hermsen zijn van die Delftse vissers waarvoor mensen hun pet afnemen.
Willem en Rien komen elke week wel een keer langs. Dan moeten ze alles vertellen en hangt de zaak aan hun lippen. Niet te opvallend natuurlijk, want elke hengelaar die bij Rothfusz komt, vindt zichzelf eigenlijk een topper. Fred: “Volgende maand staan Willem en Rien in ‘Beet’, het vakblad van de sportvisserij. Willem en Rien zijn de popsterren van de hengelsport. Maar het blijven wel gewone jongens hoor. Volgende keer zitten ze ineens op en stek waar ze een hele dag niks vangen. Zo kan dat gaan met sportvissen”.

Voor hengelaars zijn wij de Jamin
Rondkijken bij Rothfusz is een genot. Bakken vol zachte nepvisjes in alle kleuren van de regenboog. Onweerstaanbaar voor rondscharrelende roofvissen in het water. Of wat te denken van bolletjes die naar ananas ruiken en smaken. Bedoeld om karpers te lokken. “Ook de smaken aardbei en chocolade doen het goed. Karpers houden van zoet. Voor hengelaars zijn wij de Jamin”. Het is de kunst van het verleiden. Dat geldt voor de vissen, maar ook voor de vissers zelf die maar moeilijk van deze prachtige lokvisjes en zakken vol naar snoep ruikend lokvoer af kunnen blijven”.
Waar kun je in Delft nu het beste gaan hengelen? Fred wijst op de Delftse Hout, maar ook het Rijnschiekanaal ter hoogte van de Makro is favoriet. “Maar vergeet ook de Delftse grachten niet. Daar zit van alles. Brasem, voorn, karper. Het is helder water en je hebt er veel waterplanten”.

Nachtvissen
Fred de Paauw is dolgelukkig bij Rothfusz. “Ik werk hier gemiddeld zes dagen per week en op zondag ga ik vissen. Mooier kun je het niet hebben”.
Met dank aan zijn zoon Mike, die overigens niet de chemie in ging maar ICT’er werd. ”En in zijn vrije tijd is hij actief lid van Delfia Batavorium. Hij is gek van de geschiedenis van Delft”.
Regelmatig een hengeltje ingooien, was niet aan Mike besteed. “Ik heb ‘m een keer meegenomen naar de Delftse Hout om te gaan nachtvissen. Hij is in slaap gevallen. Toen hij ’s ochtends wakker werd, zei hij: “Pa, dit toch maar niet”.


mei 2012

Zoeken



Agenda

vrijdag 16 mei 2025
Excursie naar Molen De Roos
Meer op de agenda

Lid worden?

Wilt u lid worden? Geef u dan op via dit formulier.